De Stoner Val:

Door: Frank den Haan 26-11-2000

Veel beginnende spelers worden compleet verrast als hun tegenstander een stoner val speelt. Meestal hebben ze deze val nog nooit eerder gezien of weten ze niet hoe je deze val kunt gebruiken om je positie te verbeteren. In dit artikel zal ik proberen uit te leggen wat een stoner val is, wanneer je hem kunt gebruiken en wat je ertegen zou kunnen doen.

De stoner val (in het engels een stoner trap) is een dwingende manier van opoffering. Je offert één hoek op om een andere hoek te krijgen. Het verschil met andere opoffering zetten is dat de tegenstander geen andere keuze heeft dan mee te gaan. In het kort is een stoner val een combinatie van twee zetten. Eerst plaats je een steen in een zogenaamd x-veld (dit is een veld diagonaal naast de hoek, dus b2, g2, b7 en g7), dit doe je pas als je volledige controle over de diagonaal hebt. Bij je volgende zet plaats je een steen zodanig dat je dreigt een hoek te pakken. De tegenstander kan deze dreiging niet afslaan zonder dat hij de positie nog meer verslechterd.

Eerst maar eens een voorbeeld:

Figuur 1

Figuur 2
In figuur 1 is zwart aan zet. Hij ziet dat wit aan de noordkant van het bord een zwakke zijde heeft. Ook ziet hij dat op f3 na alle stenen op de a8-h1 diagonaal van hem zijn. Zou hij g2 spelen dan zijn alle stenen op die diagonaal zwart. Hij speelt g2 en offert dus de hoek h1 op. Het bord veranderd in figuur 2.

Wit ziet dat hij straks de hoek h1 kan spelen, maar hij heeft nu nog geen stenen op de diagonaal en kan dus nog geen h1 spelen. Hij speelt om toch een steen op de diagonaal te krijgen b6.


Figuur 3

Figuur 2
Nu moet zwart de tweede zet van de stoner val spelen. En hij speelt f1 !. Hoewel het misschien lijkt dat zwart nu wel erg veel weggeeft is deze zet juist de zet die de stoner val volledig maakt.

Kijk in figuur 4. Door zwart zijn zet f1 dreigt zwart de hoek a1 te pakken. Maar wat kan wit hiertegen doen? Helemaal niets, als wit b.v. g1 zou spelen draait hij g2 om en kan zwart h1 spelen en later de hele noordzijde pakken. Voor wit zit er in dit geval niets anders op dan toch maar h1 te pakken. Waarna zwart vervolgens a1 kan spelen.

Zoals het voorbeeld liet zien offerde zwart de hoek h1 op om de hoek a1 te pakken te krijgen. Ook kreeg zwart nogeens bijna alle stenen op de noordzijde. Dit is nu juist de kracht van de stoner val. Diegene die de stoner val inzet komt er bijna altijd beter uit dan zijn tegenstander.

Nog een voorbeeld:

Figuur 5

Figuur 6
Zwart ziet in figuur 1 weer dat wit een zwakke noordzijde heeft. Hij ziet ook weer dat de a8-h1 diagonaal weer onder zijn controle kan komen. Hij ziet een stoner val en speelt g2.

Wit ziet dat hij straks h1 kan krijgen, maar moet eerst een steen op de diagonaal krijgen, hij besluit f2 te spelen.


Figuur 7

Figuur 8
Zwart maakt nu zijn stoner val af en speelt in figuur 7 de zet e1.

In figuur 8 ziet wit weer dat hij in de problemen zit. Hij kan de dreiging a1 te pakken niet afslaan, zijn zet naar f1 zou immers g2 draaien naar zwart en dan is wit alles kwijt.

Maar pas op, de stoner val werkt niet altijd. Een fout die nogal eens gemaakt wordt is te zien in het volgende voorbeeld:

Figuur 9

Figuur 10
Figuur 9 is bijna identiek aan figuur 1 (g6 is nu zwart i.p.v. wit). Zwart denkt weer een stoner val te hebben en speelt g2.

Wit reageert hierop met b6.


Figuur 11

Figuur 12
Zwart speelt hierna weer f1 en wit ziet zich in de situatie van figuur 12. Wit kan de hoek h1 pakken, maar ziet dat hij in tegenstelling tot figuur 4 de dreiging van zwart om a1 te pakken af kan slaan door g1 te spelen. In dit geval draait de zet op g1 de zwarte steen op g2 niet om!. Wit kan nu g1 spelen en later ook h1.

Hier zien we dus één van de eigenschappen die het bord moet hebben om een stoner val succesvol te laten zijn.

Een andere fout die vaak gemaakt wordt is een stoner val in te zetten zonder later de dreiging in te kunnen zetten om een hoek te pakken. Dit wordt duidelijker met nog een voorbeeld:

Figuur 13

Figuur 14

Figuur 15

Zwart denkt in figuur 13 weer een stoner val te zien en speelt weer g2. Wit ziet hoe hij twee vliegen in één klap kan slaan, hij kan een steen op de diagonaal krijgen en meteen de stoner val onschadelijk maken. Hij speelt g4. In figuur 15 zien we de situatie na wit z'n zet. Zwart kan geen f1 meer spelen en kan ook de diagonaal niet meer onder controle krijgen. Wit kan straks de hoek h1 pakken zonder bang te zijn dat zwart a1 kan pakken.

Figuur 16
De derde fout die je kunt maken bij een stoner val is om te zien in figuur 16. 

Zwart denk een stoner val te hebben door g2 te spelen. Probeer zelf maar eens te zien of dit inderdaad een stoner val is. 

Hoe kun je nu voorkomen dat een stoner val tegen je gebruikt wordt? Zoals we hebben gezien kan de stoner val pas ingezet worden zodra een speler een zwakke zijkant heeft zoals in figuur 1,5,9 en 13. Probeer te voorkomen dat je een zijkant hebt waarbij je enerzijds een steen hebt naast een hoek en aan de andere kant van de zijkant een gat hebt van meer dan 1 steen. Soms ontkom je er niet aan dat zo'n zijkant hebt. De tegenstander zet zoveel druk op je dat dit de minst slechte zet lijkt. Speel je dit toch, let dan op de diagonaal, probeer er voor te zorgen dat de tegenstander deze niet onder controle kan krijgen.